Van de voorzitter

Han ter Heegde is burgemeester van Gooise Meren en voorzitter VNHG

Vorige week werden we opgeschrikt door het plotseling overlijden van collega Gert Jan Nijpels van Opmeer, op 69-jarige leeftijd. Gert Jan is in het harnas gestorven. Hij was altijd aanwezig overal in onze provincie, ook op landelijke platforms en bij onze vereniging. Hij was altijd opgewekt, humoristisch en zeer betrokken. Een lichtend voorbeeld voor ons allen.

Goed nieuws was er bij gelegenheid van de benoeming van ons bestuurslid Marian van der Weele tot burgemeester van Waterland. Marian, heel hartelijk gefeliciteerd, en veel succes in deze prachtige Noord-Hollandse gemeente.

De staat van het land. Het  lijkt erop dat in Nederland de verhoudingen verharden. Medische cijfers ten opzichte van sociaal-economische en psycho-sociale. De rek raakt er uit. Op al deze fronten. Het lijkt soms of Den Haag alleen een eenzijdig medisch beeld heeft, en wij als eerste overheid de overige ellende van burgers en bedrijven zien. Wij hebben de taak dit richting Den Haag sterk te articuleren. Zelf doe ik dat ook, bijv in partij- en VNG-verband, maar dan blijkt telkens weer hoe moeilijk dat is. Uit Den Haag wordt steeds gereageerd met: pas op: de 3e Golf komt eraan. Maar er is dus ook een andere golf, van ellende. Dus gewoon blijven inbrengen wat wij in onze gemeenschappen voelen en meemaken.

Ondertussen proberen we veel te doen met additioneel welzijnswerk, ook voor jongeren. Maar in de praktijk blijkt dat we daarin maar weinig kunnen organiseren gelet op de coronaregels. Belangrijk is dat we bij die additionele activiteiten zoveel mogelijk aansluiten bij de bestaande organisaties, zoals buurt- en sportverenigingen;  zij staan te popelen en hebben de expertise. Bovendien hoeven we dan geen nieuwe tijdelijke organisaties op te tuigen.  En voor alles is het belangrijk contact te houden met ondernemers, sport-en welzijnsorganisaties, horeca en evenementenorganisaties. Contact is o zo belangrijk in deze tijd.

Dan nog even over de Herverdeling van het Gemeentefonds. Op aandringen van onze ALV in september in Alkmaar is aan de VNG om provinciale roadshows verzocht, nu dit zware politieke onderwerp dit voorjaar gaat lopen. In Noord-Holland komt dus zo’n bijeenkomst waarbij we goed elkaars nieren kunnen proeven. Het gaat om verschuiving van groot geld, dus is het goed daarover met elkaar te debatteren. En zo tot adviezen te komen. Opdat dit onderwerp geen splijtzwam wordt.

Gaarne wens ik u allen veel wijsheid en doorzettingsvermogen in de komende lastige maanden.  Ik hoop met u dat er tegen de zomer weer veel meer bewegingsvrijheid zal zijn, en ruimte en kansen voor herstel. Kop op!

 

Elke dag beter

Emiel Reiding is bestuurskundige en directeur van de MRA

“Elke dag beter” was ooit de leus van Rijkswaterstaat, waar ik mijn werkzame leven ben begonnen. “Immer besser” is geloof ik nog steeds de leus van Miele (met name kinderen vinden het altijd erg grappig mij zo te noemen). Voor de Metropoolregio Amsterdam, de MRA, hebben we nog geen leus. Het is natuurlijk de vraag of we die nodig hebben. We zitten wel midden in een traject om onze samenwerking te versterken.

Ik val met mijn neus in de boter. Sinds half augustus 2020 ben ik directeur van de MRA en ik zeg de laatste tijd wel vaker: als bestuurskundige is de MRA het walhalla. De MRA is en blijft een informele samenwerking; we zijn daarmee een unieke metropool. We staan voor grote uitdagingen. Een kwart miljoen woningen bouwen, bereikbaar blijven, verduurzamen, innoveren naar een nieuwe, fossielvrije economie. En ondertussen onze kwaliteiten behouden. De kracht van ons landschap, de nabijheid van publieke en andere diensten. Ga zo maar door.

Het is nogal wat bij elkaar. Opgaven die geen enkele gemeente individueel voor elkaar kan krijgen. Nee… ook Amsterdam niet. We hebben elkaar nodig en we willen ook samenwerken. Eén zekerheid hebben we daarbij: de optimale samenwerkingsvorm zullen we nooit vinden. Stemt dat mistroostig? Mij niet, het is gewoon balanceren. We willen én slagvaardig zijn én draagvlak vinden voor onze gezamenlijke besluiten. Dat kan samen gaan, maar dat gaat niet zomaar. Die suffe leuzen waar ik mee begon, zijn dan de kern; het kan altijd beter en daar moeten we ons samen voor inzetten.

We hebben daarvoor een werkbare structuur nodig. En mensen die bereid zijn flexibel en open met elkaar naar oplossingen te zoeken. Mensen die over de grenzen heen kunnen kijken. Over de grenzen van het eigen beleidsterrein en over de grenzen van de eigen gemeente.
We geven nu vorm aan die nieuwe samenwerking. Een sterke MRA met sterke democratische controle. Met een heldere, eenvoudiger organisatie. Met een duidelijke ambitie en duidelijke doelen. Meer eigenaarschap, leiderschap en daadkracht, zodat we de metropolitane ontwikkeling meer sturen. Er ligt nu een voorstel hoe dat te doen.

Ik nodig iedereen uit het voorstel met een open mind te lezen.

Suggesties zijn uiteraard welkom, ook voor een passende leus. Ook van buiten de MRA, want ervaringen in andere samenwerkingsverbanden kunnen heel relevante lessen opleveren.